In een poging om minder afhankelijk te worden van de Amerikaanse dollar (USD) en zijn invloed op de handel en de financiën te doen gelden, heeft China zich veel moeite getroost om het internationale gebruik van zijn munt, de renminbi (RMB), te vergroten. Wij kijken naar de inspanningen die zijn gedaan om de positie van Peking in de wereld te verbeteren, alsmede naar de obstakels die nog steeds op Pekings weg liggen.
China is weliswaar, gemeten naar BBP, de op één na grootste economie ter wereld en de grootste exporteur, maar zijn munt is nog niet van mondiale betekenis. Dat kan niet worden gezegd van de Amerikaanse dollar, die bij meer dan 88% van de mondiale valutatransacties betrokken is en met enige voorsprong de grootste reservevaluta ter wereld blijft. De dollar heeft inderdaad sinds de Overeenkomst van Bretton Woods in 1944 een begeerde leiderspositie op de valutamarkt behouden, maar de wereldeconomie is sinds het naoorlogse tijdperk drastisch veranderd.
De Amerikaanse dollar, die door de voormalige Franse president Valéry Giscard d'Estaing werd omschreven als een "exorbitant voorrecht", geniet dankzij zijn dominantie als wereldhandel- en reservevaluta een groot aantal voordelen voor de Verenigde Staten, zoals lagere kosten voor leningen en minder wisselkoersrisico's, en vrijwel geen gevaar voor een betalingsbalanscrisis. Door een beleid te voeren ter bevordering van de renminbi als wereldvaluta voor handel, investeringen en deviezenreserves, wil China van sommige van deze voordelen profiteren en tegelijkertijd zijn autonomie op het gebied van het economisch beleid vergroten.
Maar de weg naar internationalisering is lang, vooral voor een munt en een economie die zo sterk gereguleerd zijn als die van China. Door de strenge controle op grensoverschrijdende kapitaalstromen en de zware regelgeving heeft het land nog een lange weg te gaan voordat het zijn ambities op het gebied van de wereldvaluta waar kan maken. China heeft al vooruitgang geboekt met initiatieven als valutaswaps en de opneming van de renminbi in het mandje van bijzondere trekkingsrechten (SDR) van het IMF, en heeft daarmee niettemin zijn bedoelingen kenbaar gemaakt. Maar hoe succesvol zijn de initiatieven tot dusver geweest? En wat betekenen ze voor bedrijven die met China te maken hebben?
De voortzetting van de internationalisering van de renminbi is duidelijk in het voordeel van China, zowel uit politiek als uit economisch oogpunt. Hoewel dit al enige tijd op de planning stond, zijn de inspanningen opgevoerd sinds de financiële crisis van 2008, die de afhankelijkheid van veel landen van de dollar aan het licht bracht. Sindsdien zijn de pogingen van Peking om de renminbi te internationaliseren aanzienlijk toegenomen. Maar wat is de kern van dit streven naar internationalisering?
Ondanks de immense handelsvolumes als 's werelds grootste exporterende natie is de Chinese renminbi nog steeds slechts goed voor 2% van de betalingen wereldwijd, is hij betrokken bij ongeveer 4% van de internationale valutatransacties en vormt hij ongeveer 2% van de deviezenreserves in de wereld. De Amerikaanse dollar heeft daarentegen een aandeel van 40% in het mondiale betalingsverkeer, neemt 61% van de officiële deviezenreserves voor zijn rekening en is betrokken bij meer dan 88% van de valutatransacties. Samen waren de dollar en de euro alleen al wereldwijd goed voor bijna 25% van alle forexhandel in 2019.
In een zeer asymmetrisch Internationaal Monetair Stelsel (IMS) is de dollar nog steeds veruit de dominante wereldvaluta als het gaat om investeringen, facturering en reserves. Dit heeft geleid tot een verschijnsel dat bekend staat als de "dollarvalkuil", waarbij landen te zeer afhankelijk worden van het bereiken van een gunstige wisselkoers ten opzichte van de dollar, en de centrale banken daardoor hun monetaire beleid voeren volgens de dictaten van de Fed. Tot op de dag van vandaag handhaaft China een "kruipende" koppeling aan de Amerikaanse munt en, terwijl een groot deel van zijn passiva en deviezenreserves in USD luiden, luiden China's activa hoofdzakelijk in RMB. De depreciatie van de eerstgenoemde kan derhalve aanzienlijke negatieve gevolgen voor China hebben. Dit werd overduidelijk toen er een tekort aan de dollar ontstond na de financiële crisis van 2008 en de daaropvolgende kredietcrisis, die gepaard ging met een waardevermindering van de dollar als gevolg van het kwantitatieve versoepelingsbeleid.
In 2009 stelde de toenmalige gouverneur van de Volksbank van China, Zhou Xiaochuan, het heersende IMS ter discussie, met een indirecte sneer naar de dominantie van de dollar en de rol van het IMF bij het waarborgen van stabiliteit en groei op lange termijn. Xiaochuan wees op de noodzaak van een "internationale reservemunt" om "de mondiale financiële stabiliteit veilig te stellen" en zinspeelde daarmee op een idee dat door Peking sterk wordt bepleit: het gebruik van een super-soevereine mondiale reservemunt, die "los staat van de economische omstandigheden en (de) soevereine belangen van een afzonderlijk land". In theorie zou deze super-soevereine reservevaluta een valutamand vormen van de belangrijkste valuta's van de wereld, elk gewogen naar het aandeel in het BBP. Hoewel het een verleidelijk vooruitzicht is voor een opkomende economische moloch als China, blijft het voorlopig een utopie. Dit heeft het land ertoe gebracht alternatieve middelen te zoeken om zijn doelstellingen te verwezenlijken door ervoor te zorgen dat de renminbi internationaal op grotere schaal wordt gebruikt, een proces dat met name is versneld met de lancering van de offshore renminbi (CNH).
In een commentaar op de toename van de geopolitieke spanningen in het kielzog van de COVID19-pandemie in 2020 merkte de secretaris-generaal van de NAVO, Jens Stoltenberg, op dat de opkomst van China een fundamentele verschuiving teweegbrengt in "het mondiale machtsevenwicht, waardoor de wedloop om economische en technologische heerschappij verhit raakt". Het is geen geheim dat China in de afgelopen dertig jaar een verbazingwekkende opgang heeft gemaakt als economische, militaire en technologische grootmacht. Peking heeft een grenzeloze productiecapaciteit ontwikkeld en zijn militaire modernisering en technologische innovaties sterk opgevoerd, maar beschouwt de relatieve monetaire onbeduidendheid van het land als een grote deuk in zijn pantser.
Naast een uitbreiding van de politieke invloed van het land zou een grotere prevalentie van de renminbi China het voordeel bieden van lagere kosten in de grensoverschrijdende handel en een aanzienlijke vermindering van het valutarisico, wat zeker geen geringe prestatie is gezien de enorme hoeveelheid goederen die wereldwijd via China worden vervoerd, maar die in USD worden gefactureerd. Ook de mogelijkheid om meer geld te verdienen (inkomsten uit de uitgifte van geld) en grote hoeveelheden in het buitenland te lenen, zowel goedkoop als in de eigen munt, zou van groot strategisch belang zijn voor het land. Kapitaalcontroles, beperkte convertibiliteit van de RMB en een nog niet volgroeide financiële sector vormen echter nog steeds grote hinderpalen op de weg naar internationalisering. Dit roept onvermijdelijk de volgende vraag op: hoe ver is Peking bereid te gaan?
Wist u dit?
Een "crawling peg” of een “kruipende koppeling”, gebruikt als een mechanisme om de stabiliteit te handhaven, verwijst naar een bandbreedte van koersen waarbinnen een valuta met een vaste wisselkoers mag fluctueren? De valuta wordt routinematig gekocht en verkocht om een koers binnen de gegeven marge te handhaven..Om de renminbi tot een belangrijke internationale valuta voor investeringen, facturering en deviezenreserves te maken, heeft China in de afgelopen tien jaar een reeks indrukwekkende initiatieven genomen, met wisselend succes.
In het kader van het 13e vijfjarenplan van het land, dat door het Nationaal Volkscongres voor 2016-2020 is goedgekeurd, heeft het Permanent Comité van het Chinese Politbureau expliciet zijn monetaire ambities uiteengezet door zich ertoe te verbinden "de internationalisering van de RMB gestaag te bevorderen en RMB-kapitaal wereldwijd te zien gaan". In het algemeen hebben de daaropvolgende inspanningen van China er niet alleen in bestaan van de renminbi een geloofwaardig ruilmiddel te maken - door te trachten de munt stevig te verankeren als een mondiale handelsvaluta voor goederen en diensten - maar ook zijn positie als waardeopslag te versterken. Dit betekent dat van de renminbi een echte investeringsvaluta moet worden gemaakt voor de aankoop van activa, alsook een echt alternatieve buitenlandse reservevaluta.
Het land heeft op deze gebieden een aantal indrukwekkende stappen gezet, maar er zal veel voor nodig zijn voordat de renminbi zichzelf heeft opgewerkt tot een monetaire positie die de bredere economische status van China weerspiegelt. Maar op welke gebieden heeft China precies vooruitgang geboekt? Wat heeft de Chinese regering gedaan om haar doelstellingen inzake de internationalisering van de RMB verder na te streven?
Daarnaast heeft China gestreefd naar verdere internationalisering van de RMB door de oprichting van zijn grensoverschrijdende interbancaire betalingssysteem of Cross-border Interbank Payment System (CIPS), dat in 2015 is opgezet als alternatief voor het wijdverbreide SWIFT-netwerk. De betalingsverwerkingsinfrastructuur kende tussen 2017 en 2019 een volumestijging van bijna 80%, waarbij ongeveer 26 biljoen RMB rechtstreeks via de infrastructuur werd verwerkt. Het is dan ook niet verwonderlijk dat het gebruik ervan sterk is toegenomen in landen die rechtstreeks betrokken zijn bij China's "Belt and Road Initiative" (BRI), een belangrijke onderneming op het gebied van buitenlands beleid en infrastructuur, die het pad van de historische zijderoute volgt. De BRI is bij uitstek een oefening in "soft power", waarmee China zich nog meer wil profileren als een macht waarmee op het internationale toneel rekening moet worden gehouden. Het bevorderen van het gebruik van de RMB voor grensoverschrijdende transacties in landen die bij het initiatief betrokken zijn zou een grote zegen zijn voor Peking. Evenzo is het Regionaal Alomvattend Economisch Partnerschap (RCEP) een unieke kans voor China om het voortouw te nemen in het multilaterale handelsbeleid, zonder spanningen uit te lokken bij andere grote economische zwaargewichten. De overeenkomst vormt een nieuw handelsblok tussen China en veertien bijkomende naties, waaronder de ASEAN-landen, alsook Australië en Nieuw-Zeeland. Het is een nieuwe kans voor China om de verrekening van RMB in de handel te bevorderen, gezien de grote investeringsprojecten waartoe de overeenkomst onvermijdelijk aanleiding zal geven.
Wist u dit? De centrale bank van China, de People's Bank of China (POBC), een “regime van beheerst zwevende wisselkoers” handhaaft. Dit betekent dat de POBC een meer interventionistische houding aanneemt dan veel westerse centrale banken en dat de wisselkoers niet zo vrij zweeft. In plaats daarvan deelt de POBC een gewenste wisselkoers mee aan de exploitanten van de valutamarkten, die dienovereenkomstig handelen. De marktontwikkelingen worden gereguleerd, waarbij ernaar wordt gestreefd de wisselkoers op een specifiek doel af te stemmen. |
Om de "marktdikte" te ontwikkelen en de status van de renminbi als gunstige munt voor facturering, investeringen en deviezenreserves stevig te verankeren, heeft China nog heel wat werk voor de boeg. Verdere liberalisering van de kapitaalcontroles, grotere convertibiliteit en bredere hervormingen van de financiële sector zullen nodig zijn. Maar welk effect hebben de recente hervormingen al gehad? En wat zijn de mogelijke hindernissen voor verandering op de weg die voor ons ligt?
Volgens de Triennial Central Bank Survey over de mondiale valutamarkten, die de Bank of International Settlements (BiS) in 2019 heeft gepubliceerd, is de RMB nog steeds slechts goed voor ongeveer 4,3% van de valutatransacties wereldwijd, een betrekkelijk laag cijfer. Toch was de Chinese munt in 2010 nog goed voor minder dan 1%, wat erop wijst dat de recente inspanningen op het gebied van internationalisering al flink aan kracht hebben gewonnen. Ook al vertegenwoordigt de renminbi momenteel slechts 2% van de deviezenreserves, optimistische voorspellingen voorspellen dat dit cijfer tegen 2030 kan oplopen tot 10% à 20%. Wat de regeling van de internationale handel betreft is de vooruitgang nog indrukwekkender. In 2009 was het percentage van de Chinese buitenlandse handel die via RMB verliep verwaarloosbaar. In 2015 was dit cijfer al opgelopen tot meer dan 15%.
Maar ondanks alle aandacht voor infrastructurele projecten en overzeese handelsovereenkomsten zal China wellicht nog heel wat energie moeten steken in impasses van meer fundamentele aard, die toch nog roet in het eten kunnen gooien en China ervan kunnen weerhouden zijn ambities op het gebied van de wereldvaluta op korte termijn waar te maken. Bovenal belemmert de strenge kapitaalcontrole van het land de ontwikkeling van de financiële markt en een ruim gebruik van de renminbi buiten de grenzen van China. Liberalisering van deze controles zou de kapitaalstromen in en uit China vergemakkelijken, maar zou ook leiden tot grotere financiële instabiliteit en volatiliteit, hetgeen, zoals de recente geschiedenis heeft aangetoond, de Chinese autoriteiten nog niet lijken te willen omarmen. Toen China in augustus 2015 bijvoorbeeld de renminbi devalueerde, voerde het snel strenge kapitaalcontroles in om elk risico van grootschalige kapitaalvlucht af te wenden. Hoewel dit doel met succes werd bereikt, betekende de maatregel een aanzienlijke klap voor het internationale vertrouwen in de Chinese munt en het gevolg was een aanzienlijke vermindering van de grensoverschrijdende verrekening van RMB. Van een recordhoogte van 2,09 biljoen RMB in 2015 is de afwikkeling van de internationale RMB-handel vervolgens gedaald tot 994 miljard in het eerste kwartaal van 2017. Het ziet er echter naar uit dat de stapsgewijze veranderingen zullen aanhouden, omdat veel analisten het Chinese financiële systeem nog niet rijp genoeg achten voor ingrijpende hervormingen van de kapitaalcontrole.
Meer perifere zorgen over de internationale ontwikkeling van de renminbi zijn onder andere kwesties als geopolitieke tegenstellingen, die zich recentelijk hebben opgestapeld. Hoewel de recente spanningen op handelsgebied met de Verenigde Staten onder de regering-Biden enigszins zouden moeten afnemen, is met name bezorgdheid geuit over de situatie in Hongkong, dat het wereldwijde centrum blijft voor offshore clearing en handel in renminbi (CNH). Het reputatierisico en het imago van de RMB als een stabiele en betrouwbare alternatieve valuta kunnen worden beïnvloed door de aanhoudende spanningen in de regio. Dit is van bijzonder belang gezien het feit dat de recente vooruitgang op het gebied van handelsverrekening in RMB-valuta grotendeels geconcentreerd is in Azië en in landen die nauw betrokken zijn bij het BRI-initiatief. Het imago van China in het buitenland is daarom van cruciaal belang en als de spanningen escaleren, kan dat in sommige opzichten nadelig zijn voor een snelle internationalisering van de RMB. In dezelfde geest is het vooralsnog onduidelijk of het territoriale geschil in de Zuid-Chinese Zee of de terugkerende spanningen aan de Indiase grens een directe impact van enige betekenis zullen hebben op de afwikkeling van investeringen of de RMB-handel.
Wist u dit? De renminbi (RMB) de achtste meest verhandelde valuta ter wereld blijft? In 2019 waren de USD, EUR, JPY, GBP en AUD goed voor bijna 57% van alle valutatransacties wereldwijd. |
Ondanks de bezorgdheid van sommige analisten over een vertraging van de groei naarmate China vordert in de richting van zijn doel om een "gematigd welvarende" samenleving te worden (naar de confucianistische term "xiaokang"), zal het economische belang van het land de komende tien jaar alleen maar toenemen. Het intensievere internationale gebruik van de renminbi zou daarmee moeten samenvallen, aangezien de munt steeds belangrijker wordt voor investeringen, facturering en deviezenreserves buiten het Chinese vasteland. Het tempo waarin dit proces zich zal voltrekken is echter iets moeilijker te voorspellen.
China heeft de laatste jaren aanzienlijke inspanningen geleverd om het gebruik van de renminbi uit te breiden, te beginnen met de invoering van de offshore renminbi (CNH) en de minder restrictieve toegang die deze biedt aan niet-ingezetenen. Inspanningen om de buitenlandse interactie met de renminbi in handelstransacties te vergroten, van de uitgifte van dim-sum-obligaties tot de oprichting van FTZ's, hebben ook indrukwekkende eerste resultaten opgeleverd, terwijl lopende multilaterale initiatieven zoals het RCEP of China's eigen BRI het land de kans bieden om het gebruik van de renminbi op een nooit eerder geziene manier te bevorderen. Een onvoldoende volgroeid financieel stelsel, aanhoudende beperkingen op de kapitaalcontrole, beperkingen op de convertibiliteit van de RMB en problemen rond het imago van zowel het land als de munt staan het internationaliseringsproces echter in de weg.
Het valt nog te bezien in hoeverre China bereid is in de nabije toekomst maatregelen te nemen om deze bezorgdheid weg te nemen. Een bijzonder interessante ontwikkeling om in het oog te houden is de invoering van China's digitale munt, de e-renminbi, die de afwikkeling van internationale betalingen mogelijk moet maken waarbij de Amerikaanse dollar bewust wordt omzeild. De digitale munt, die aanvankelijk in verschillende Chinese steden wordt getest, heeft de verheven ambitie om de druk van het door de dollar gedomineerde IMS enigszins te verlichten. Hoewel het onwaarschijnlijk is dat het de status quo op korte termijn zal veranderen, zou het zeker China's economische en monetaire beleidsvoering op middellange termijn kunnen consolideren, indien het experiment succesvol zou blijken.