Blog | iBanFirst

Alles wat u moet weten over internationale betalingen

Geschreven door iBanFirst | 19-mrt-2021 14:57:30

 

Internationale betalingen zijn een kernbekommernis voor elk bedrijf met klanten, leveranciers of dochterondernemingen in het buitenland. We kijken naar de factoren waarmee rekening moet worden gehouden bij het internationaal overmaken van geld, van de gekozen betaalmethode tot de beschikbare oplossingen om het proces sneller, goedkoper en transparanter te maken. We onderzoeken ook welk type financiële instelling de overhand heeft, banken of fintechs. 
 

Voor elk bedrijf dat internationaal actief is, zijn grensoverschrijdende betalingen een belangrijk punt. CFO’s, treasurers en boekhoudkundige professionals moeten de dienstverleners en betalingsopties identificeren die het meest geschikt zijn voor hun bedrijfsactiviteit en handelsomgeving. Van een traag betalingsproces met beperkte zichtbaarheid tot ondoorzichtige tarieven en vergoedingen, de valkuilen van internationale betalingen kunnen substantieel blijken.

 

De traditionele banken zijn de laatste tijd meer onder de loep genomen en hebben na de financiële crisis van 2008 het vertrouwen van zowel de toezichthouders als het publiek verloren. Sindsdien zijn de nalevingsbudgetten in de traditionele financiële instellingen omhooggegaan, terwijl de inspanningen op het gebied van onderzoek en ontwikkeling (O&O) die van de fintechs hebben gevolgd. Dit is deels te danken aan een gunstige wetgeving en een marktvraag naar meer concurrentie en betere dienstverlening.

 

Waar de grensoverschrijdende betalingsdiensten van banken niet snel, transparant en traceerbaar zijn, hebben nieuwe betalingsdienstaanbieders (zoals de PISP’s en AISP’s die door de EU-richtlijnen PSD1 en PSD2 mogelijk worden gemaakt) getracht te innoveren. Ze zijn gericht op bedrijven en consumenten, en bieden een alternatief voor de oude spelers. Met nieuwe en groeiende concurrentie die voortdurend om marktaandeel strijdt, is het echter de vraag welke internationale betaalmethoden en -diensten er eigenlijk zijn voor het midden- en kleinbedrijf en voor de mid-caps. En welke marktspelers zijn over het geheel genomen de beste keuze?

 

5 manieren om internationale betalingen te doen

Bij het versturen van geld naar een belanghebbende in het buitenland is het voor bedrijven belangrijk om de meest geschikte betalingsmethode te kiezen, of het nu gaat om een importeur of een exporteur, een klant of een leverancier. Deze methoden worden ook wel documentaire transacties genoemd, die elk hun eigen kenmerken hebben. De meest voorkomende zijn bankoverschrijvingen, cheques, schone wissels, documentair krediet en SEPA Direct Debit (SDD).

1. Bankoverschrijving

Dit is een eenvoudige overschrijving van middelen van de bankrekening van de debiteur naar die van de crediteur. Wanneer een importeur een leverancier via een bankoverschrijving betaalt, heeft hij de mogelijkheid om een voorschot te betalen, d.w.z het betalen van de goederen vooraleer deze te ontvangen. Dit brengt het risico met zich mee dat de goederen uiteindelijk niet worden verzonden of niet worden geleverd zoals verwacht. Op de keerzijde, wanneer een leverancier goederen verzendt voordat hij de betaling heeft ontvangen, wordt dit aangeduid als handel op een open rekening. Hier loopt de exporteur het risico niet betaald te worden. Bankoverschrijvingen zijn flexibel, snel en universeel, maar vereisen een vertrouwensrelatie tussen beide partijen, aangezien de debiteur de betaling moet initiëren.

 

2. Automatische incasso (Direct Debit) 

Een automatische incasso stelt crediteurs in staat om onmiddellijk geld te innen voor eenmalige of terugkerende facturen. Met voorafgaande toestemming van de debiteur worden de kosten en facturen automatisch betaald. Hoewel dit praktisch is, moeten bedrijven waakzaam blijven en ervoor zorgen dat ze op de hoogte zijn van alle gedebiteerde bedragen en de redenen daarvoor.

De Europese automatische incasso’s zijn afhankelijk van de tussenkomst van vier partijen: de debiteur, de crediteur en de bank van elke partij. Er zijn twee verschillende betaalmethoden: SEPA Core Direct Debit en SEPA B2B Direct Debit.

Core Direct Debit stelt u in staat om te incasseren bij zowel particuliere als zakelijke debiteuren. Het accepteren van SDD Core Direct Debit is verplicht voor banken in de SEPA-zone.

B2B Direct Debit (SDD B2B) kan alleen worden gebruikt voor zakelijke debiteuren. Hoewel het onherroepelijk is, moet de debiteur zijn bank op voorhand informeren.

3. Cheques

Hoewel cheques tegenwoordig minder gebruikelijk zijn, zijn ze een mandaat dat wordt gegeven door de cheque-uitschrijver, of de initiatiefnemer van de transactie (in dit geval de debiteur), die de cheque-ontvanger (hun bank) de opdracht geeft om een bepaalde begunstigde te betalen. Na ontvangst van de cheque, incasseert de begunstigde deze via zijn bank waardoor de schuld van de cheque-uitschrijver ophoudt te bestaan. Hoewel goedkoop, zijn cheques onpraktisch en traag. De debiteur neemt het initiatief tot de transactie en kan naar believen een terugboeking van de betaling uitvoeren, waarbij de begunstigden weinig reglementaire bescherming behouden.

4. Documentair krediet

Bij documentair krediet verbindt de bank van de debiteur zich ertoe het verschuldigde bedrag aan de betrokken crediteur te betalen. Deze laatste moet een reeks documenten indienen die de transactie rechtvaardigen. Documentair krediet kan zowel herroepelijk als onherroepelijk zijn, mits alle partijen daarmee instemmen. Als enige betaalmethode die een betaalmiddel met een betalingsgarantie combineert, kan het een gebrek aan vertrouwen in het begin van een nieuwe klant-leverancierrelatie compenseren.

5. Schone wissels (Clean drafts)

In dit geval neemt de begunstigde het initiatief tot de transactie, waardoor hij meer controle krijgt. Schone wissels worden verdeeld in twee afzonderlijke verhandelbare instrumenten:

  • De wissel is een document dat door de wisseluitschrijver (in dit geval de crediteur of de begunstigde) wordt uitgegeven en dat de wisselontvanger (debiteur) opdraagt het verschuldigde bedrag op een bepaalde datum te betalen.
  • De schuldbekentenis is een door de debiteur afgegeven document, waarbij deze zich ertoe verbindt het verschuldigde bedrag op een bepaalde datum aan de crediteur te betalen.

De begunstigde dient beide documenten in bij zijn bank, die de incasso afhandelt. Schone wissels zijn echter in veel landen weinig bekend en bieden nog steeds geen garantie voor de uiteindelijke betaling.

 

Wie draagt de extra kosten?

Wanneer een bedrijf een internationale betaling initieert, heeft het drie factureringsopties waaruit het kan kiezen. Het kan alle mogelijke kosten zelf op zich nemen, deze aan de begunstigde in rekening brengen of ze gelijkmatig over beide partijen verdelen. Maar hoe werkt dit? En is het altijd een optie?
Een internationale betaling wordt meestal door meerdere banken verwerkt. Die van de debiteur en de crediteur, alsook van eventuele intermediaire banken. Om bijvoorbeeld geld in dollars naar China over te maken, moet de betaling via een Amerikaanse bank worden gedaan, in samenwerking met de Amerikaanse centrale bank. Dit brengt transactiekosten met zich mee waarbij de uitgever de mogelijkheid heeft om deze zelf te betalen, ze te delen met of ze aan te rekenen aan de begunstigde. Laten we dit eens van naderbij bekijken:

1. "Ben" (BEN)

De transactiekosten worden aan de crediteur of de begunstigde aangerekend, in mindering op het betaalde bedrag. Ongeveer 10% van de markttransacties wordt op deze manier uitgevoerd.

2. "Share" (SHA)

Voor elke transactie worden de kosten gedeeld tussen de begunstigde en de uitgever van de betaling. De kosten van de uitgevende bank worden gedragen door de debiteur, terwijl de kosten van de intermediair en de banken van de crediteur in mindering worden gebracht op het verzonden bedrag, dat dus ten laste komt van de begunstigde. Dit proces vertegenwoordigt ongeveer 60% van de markttransacties.

3. "Our" (OUR)

De debiteur kiest ervoor om alle kosten te dekken. Dit zorgt ervoor dat de begunstigde de volledige betaling ontvangt, zonder kosten of inhoudingen. Dit vertegenwoordigt ongeveer 30% van de markttransacties.

In de Europese Economische Ruimte (d.w.z. wanneer de uitgevende en de ontvangende bank beide binnen deze zone gevestigd zijn) vereist de wet dat de “Share”-optie wordt aangenomen voor elke betaling in een officiële EER-valuta. Een BEN of OUR-overschrijving kan niet worden uitgevoerd. Dat gezegd hebbende, zelfs buiten de EER is de “Share”-optie het meest wijdverbreid.

 

Banken of fintechs, welke heeft het concurrentievoordeel?

Als het gaat om internationale betalingen, vormen fintechs een steeds dwingender optie voor bedrijven. Ze worden minder belast door barrières voor innovatie, verouderde en vastgeroest management en legacy-kosten en streven ernaar om klanten de nieuwste ontwikkelingen op het gebied van financiële technologie te bieden en tegelijkertijd de snelheid, waarde, transparantie en gebruikerservaring te verbeteren. Maar wat maakt hen een betere optie voor betalingen?
In 2012 werd wereldwijd ongeveer 3 miljard dollar geïnvesteerd in fintech-start-ups. In 2019 bedroeg dit cijfer meer dan 69 miljard dollar. Als bewijs van hun groeiend marktaandeel en invloed hebben de traditionele bank- en betalingsspelers steeds meer fintechs aangeschaft om hun innovatie-inspanningen te ondersteunen. Maar waarom innoveren grote multinationale banken niet gewoon voor zichzelf, met schijnbaar grenzeloze middelen tot hun beschikking? Hoe hebben de fintechs een beslissende niche in een voorheen ondoordringbare markt weten te veroveren? De redenen daarvoor zijn talrijk, maar laten we eens kijken naar enkele opmerkelijke voorbeelden.

1.  Concurrentievriendelijke wetgeving

In 2015 heeft de Europese Unie haar richtlijn Betalingsdiensten herzien met PSD2, waardoor de markt verder is opengesteld voor AISP’s (Account Information Service Providers) en PISP’s (Payment Initiation Service Providers). Hoewel veel van de bepalingen inzake betalingsdiensten op 14 september 2019 in werking moesten treden, werden sommige bepalingen met vertraging uitgevoerd, met name op het gebied van openbankieren en SCA (Strong Customer Auhtentication). Ongeacht de tegenslagen wordt het nieuwe betalingslandschap dat de richtlijn mogelijk heeft gemaakt, echter steeds meer bezet door fintechs, die vaak een dienst aanbieden die vergelijkbaar is met die van de traditionele banken, maar dan met een betere snelheid, betere tarieven en een grotere transparantie.

2. Culturele factoren

De traditionele bancaire spelers worden ondersteund door verouderde managementstructuren, met sterk afgeschermde afdelingen, minimale innovatie en aanzienlijke legacykosten. Voor B2B- en retailbanking is de sector van oudsher een stabiele sector, die radicale veranderingen in de weg staat. Nieuwe aanbieders van betalingsdiensten zijn juist trots op het tegendeel en verstoren het vroegere betalingslandschap met functies en kenmerken die zijn aangepast aan de moderne bedrijfsbehoeften.

3. Klantgerichtheid

In plaats van alle zakelijke of consumentenbehoeften te dekken, identificeren de fintechs specifieke gebieden waar diensten kunnen worden geoptimaliseerd met behulp van intuïtieve moderne platforms. Op gebieden als grensoverschrijdende betalingen of betalingen in meerdere valuta’s richten zij zich op hun technologische initiatieven en bieden zij een meer op maat gesneden en bevredigend product. Banken hebben moeite om op dezelfde manier in te spelen op de behoeften van klanten, met name door de toewijzing van middelen. Om de reputatieschade na de financiële crisis van 2008 te verlichten, hebben de banken aanzienlijke investeringen gedaan om de veiligheid te versterken en misbruiken aan te pakken, wat vaak heeft geleid tot toenemende budgetten op het gebied van naleving maar waardoor de O&O-inspanningen werden verwaarloosd. In 2018 besteedden de Amerikaanse banken slechts 5% van hun netto-inkomsten uit bankactiviteiten aan vernieuwingsinitiatieven.

Deze drie factoren zorgen er onder andere voor dat banken vaak trage, verouderde of slecht aangepaste producten en diensten aanbieden in vergelijking met dedigitaal gerichte fintech-concurrenten. Volgens de cijfers van PwC’s Global FinTech Survey 2016, waarin de antwoorden van 544 topklasseprofessionals uit de financiële sector werden bestudeerd, identificeerde slechts 53% van de deelnemers uit de banksector zich als “klantgericht”, terwijl dit cijfer meer dan 80% bedroeg voor de fintech-ondervraagden. Als traditionele instellingen zelf erkennen dat de klant niet hun kernbekommernis is, waar laat dat dan bedrijven die op zoek zijn naar de beste betalingsoplossingen?  

 

Internationaal opererende bedrijven zijn zich terdege bewust van de kosten en uitdagingen die internationale betalingen met zich meebrengen. Ondoorzichtige tarieven en kosten, trage transacties, minimale transparantie van het betalingsverkeer, en de lijst gaat door. De noodzaak om dergelijke beperkingen te verminderen en de erosie van de marges een halt toe te roepen is van cruciaal belang, waardoor de keuze van de betalingsmethode, de factureringsprocedure en de dienstverlener absoluut noodzakelijk zijn.

Van bankoverschrijvingen tot automatische incassos’s, bedrijven moeten de beschikbare betaalmethoden evalueren op basis van snelheid, operationeel gemak en kosten, waarbij ze rekening moeten houden met hun relaties met hun stakeholders. Ook bij de facturering is het belangrijk om het aandeel van de door elke partij betaalde kosten te onderzoeken, zodat de meest gunstige regeling wordt bereikt. Bovenal is er de kwestie van de dienstverlener. Van traditionele financiële instellingen tot fintechs, bedrijven moeten de meest geschikte aanbieder zoeken voor hun grensoverschrijdende betalingen, transacties in diverse valuta’s of anderszins. Het unieke vermogen van fintechs om specifieke pijnpunten en zakelijke behoeften aan te pakken maakt ze vaak een overtuigende optie.

De markt voor betalingsdiensten is nog nooit zo open geweest. Door de ontwikkelingen op het gebied van wetgeving en door technologie gedreven innovaties profiteren het MKB en mid-caps nu van een overvloed aan keuze. Ze worden niet langer beperkt door het one-size-fits-all bankmonopolie, maar kunnen de diensten kiezen die het meest geschikt zijn voor hun dagelijkse betalingskwesties. Ze hoeven zich alleen maar af te vragen welke specifieke betalingskwesties de hoogste prioriteit hebben en welke mix van dienstverleners het meest geschikt is voor hun bedrijf.