De voormalige Franse premier Michel Rocard zei ooit: “De economie verandert niet door decreten goed te keuren.” Die uitspraak vat eigenlijk onze verwachtingen voor 2020 goed samen. De kans is groot dat de voornaamste trends van de wereldeconomie en de valutamarkten die zich eind 2019 aftekenden, dit jaar zullen aanhouden.
Hieronder geven we ons basisscenario voor 2020.
De wereldwijde groei zal het komende jaar zwak blijven. De stabiliseringsfase die in de herfst begonnen is, zal wellicht aanhouden, maar de activiteit in de verwerkende industrie en de wereldwijde handel zullen naar verwachting neerwaarts gericht blijven. Een lichte groeiversnelling kan niet worden uitgesloten, maar die zal alleen maar mogelijk zijn wanneer monetaire stimuleringsmaatregelen aangevuld worden met begrotingsmaatregelen. Dat laatste is echter verre van zeker. Afgezien van Japan voert namelijk geen enkel ontwikkeld land een voldoende soepel begrotingsbeleid om in de komende maanden te kunnen hopen op een groeiversnelling.
Het geopolitieke risico blijft op de achtergrond aanwezig. De brexit, de overwinning van Elizabeth Warren in de voorverkiezingen van de Democratische Partij, de Amerikaanse presidentsverkiezingen en de onderhandelingen tussen de Verenigde Staten en China zullen voor nieuws blijven zorgen. De impact van het geopolitieke risico op de voornaamste valuta’s is in de afgelopen maanden afgenomen. De markt is intussen gewend geraakt aan de handelsoorlog. De Japanse yen zal echter wellicht net als in de voorbije maanden een barometer blijven voor de geboekte vooruitgang in de onderhandelingen tussen de Verenigde Staten en China.
De lage volatiliteit van de valutamarkt is de norm. De lage volatiliteit is een direct gevolg van de expansie van de balans van de centrale banken en hun verreikende maatregelen. Die zorgen er namelijk voor dat de markt lakser wordt, waardoor het risico minder goed in de koersen verwerkt wordt. Eenvoudiger gezegd: de valutamarkt is in zekere zin verdoofd. Dat geldt voor alle belangrijke valuta's, maar vooral voor de euro en de Amerikaanse dollar. De impliciete volatiliteit, die de verwachtingen van de markt over de ontwikkeling van de eurodollarkoers weergeeft, is historisch laag. Op 25 november bleef de euro tegenover de dollar zelfs binnen een bandbreedte van amper 20 pips (n.v.d.r.: price interest points). Dat is de kleinste dagschommeling in twintig jaar! Die lage volatiliteit is historisch gezien een afwijking, maar ze zou dit jaar nog kunnen aanhouden zolang de centrale banken op de financiële markten massaal activa blijven kopen.
De dollarindex (DXY) vertoont een dalende trend. Een zwakke groei, onzekerheid over wie de nieuwe president van de Verenigde Staten zal worden en het voornemen van president Trump om de dollar te verzwakken, zouden in 2020 tot een dalende trend kunnen leiden voor de DXY. Als dat ook daadwerkelijk zou gebeuren, zou dat veeleer goed nieuws zijn. De wereldeconomie, in het bijzonder de economische spelers die schulden hebben in USD, heeft namelijk een goedkope dollar nodig.
De euro kan niet rekenen op veel interesse. Fundamenteel gezien is de koers van de euro tegenover de dollar ideaal. De versomberde groeivooruitzichten van de eurozone en het nog altijd ultrasoepele monetaire beleid van de ECB werken echter een neerwaartse trend in de hand. We gaan ervan uit dat de eurodollarkoers in de eerste helft van 2020 binnen de huidige bandbreedte van 1,08 en 1,12 zal blijven.
Korte wittebroodsweken voor het Britse pond. Het Britse pond heeft voorlopig wat ademruimte gekregen dankzij de overwinning van de Conservatieve Partij in de vervroegde parlementsverkiezingen van midden december. De kalender van de brexit is intussen bekend. Het Verenigd Koninkrijk zal eind januari 2020 officieel uit de EU stappen. De onderhandelingen met de EU over een nieuw handelsakkoord baren beleggers echter nu al zorgen. De Britse regering staat er namelijk op de onderhandelingen tot één jaar te beperken. Dat is volgens specialisten gewoon onmogelijk, aangezien een groot aantal bijzonder technische thema’s moeten worden behandeld. De politieke onzekerheid blijft dus groot, waardoor we een correctie van het Britse pond in het eerste kwartaal van 2020 niet kunnen uitsluiten.
De Zwitserse frank blijft binnen zijn bandbreedte. Ondanks de economische vertraging en het reële deflatierisico in Zwitserland zal de Zwitserse frank tegenover de euro het grootste deel van 2020 waarschijnlijk binnen zijn huidige bandbreedte van 1,08 tot 1,12 blijven. De Zwitserse centrale bank grijpt nog maar sporadisch in op de markt, wat betekent dat ze het huidige renteniveau goed vindt en dat de druk op de markt fors is afgenomen in vergelijking met vorige zomer.